Ook op deze Goede Vrijdag gewoon een nieuwe spelregelvraag van de week. De 351e achtereenvolgende weekvraag alweer. Het antwoord op de vraag van vorige week had B moeten zijn: Als uit een indirecte vrije schop rechtstreeks gescoord wordt , maar de scheidsrechter heeft nagelaten dit aan te geven door de arm in de lucht te steken en te houden, mag hij het doelpunt niet goedkeuren en moet de indirecte vrije schop worden overgenomen, nadat de scheidsrechter uitleg heeft gegeven, dat hij niet correct had gehandeld. Wordt echter uit de indirecte vrije schop niet rechtstreeks gescoord (speler kopte de bal , die daarna toch in het doel verdween), dan hoeft de indirecte vrije schop niet te worden overgenomen en telt het aldus gescoorde doelpunt, ondanks dat de scheidsrechter de indirecte vrije schop niet correct had aangegeven.
Wil je alle eerdere wekelijkse spelregelvragen (en de antwoorden) teruglezen? Klik dan hier.
Spelregelvraag van de week (14 april 2017):
Bij een aanval voor het doel van Partij A kopt een verdediger van Partij A binnen het eigen strafschopgebied veel te laag de bal weg voor de voeten van een aanvaller, die de bal in het lege doel wilde schieten. De verdediger wordt hierbij door de aanvaller aan het hoofd geraakt. Wat gaat de scheidsrechter in deze situatie beslissen?
A. Hij laat doorspelen
B. Hij fluit af en hervat met een scheidsrechtersbal, omdat beide spelers gelijktijdig een overtreding maakten, namelijk te laag koppen door de verdediger van Partij A en tegen het hoofd trappen door de aanvaller van Partij B
C. Hij fluit af en stuurt de verdediger met een rode kaart van het speelveld. Hij laat hervatten met een indirecte vrije schop voor Partij B
D. Hij fluit af en stuurt de verdediger met een rode kaart van het speelveld. Hij laat hervatten met een strafschop voor Partij B, er was immers fysiek contact tussen de beide spelers.