Tijd voor een nieuwe spelregelvraag van de week, nummer 488 alweer! Het antwoord op de vorige vraag had C moeten zijn: De bal was in het spel op moment dat deze was getrapt en duidelijk bewoog. De aanvaller stond op dat moment nog buiten het strafschopgebied en maakt dus geen overtreding. de verdediger loopt met hem mee, geeft hem een schouderduw, maar omdat de bal niet binnen speelbereik is, is deze schouderduw niet geoorloofd en dient te worden uitgelegd als duwen, wat moet worden bestraft met een strafschop.

Nieuwsgierig naar eerdere vragen en antwoorden? Klik hier.

Spelregelvraag van de Week (22 november 2019):

Bij een schermutseling voor het doel krijgt de scheidsrechter in het strafschopgebied de bal in zijn gezicht. Als hij weer in staat is het spel te volgen, ligt de bal in het doel en staat hij tussen juichende en protesterende spelers. Hoe moet hij nu handelen?

A. Overleg plegen met de assistent-scheidsrechter en afhankelijk van diens advies een beslissing nemen

B. Een scheidsrechtersbal geven voor de doelverdediger

C. Een scheidsrechtersbal geven voor de partij die de bal het laatst geraakt heeft

D. Op de plaats waar hij de bal in het gezicht kreeg een indirecte vrije schop toekennen aan de verdedigende partij.

Wat is volgens jou het correcte antwoord?