Spelregelvragen van de week in 2018

Spelregelvraag van de week (5 januari 2018):

Een verdediger staande in zijn eigen strafschopgebied is het niet eens met de assistent-scheidsrechter, die niet vlagt voor buitenspel. Terwijl het spel doorgaat, laat hij dit duidelijk blijken door de assistent op grove wijze te beledigen. Welke acties zal de scheidsrechter moeten ondernemen?

A. Hij fluit af en toont de verdediger eerst een rode kaart en hervat het spel vervolgens met een strafschop.

B. Hij fluit af en toont de verdediger eerst een rode kaart en hervat het spel vervolgens met een indirecte vrije schop op de plaats waar de overtreding werd begaan.

C. Hij fluit af en toont de verdediger een rode kaart en hervat het spel vervolgens met een SR-bal op de plaats waar de bal was toen er werd afgefloten.

D. Hij fluit af en toont de verdediger een rode kaart en hervat het spel vervolgens met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was op moment van affluiten.

Het antwoord op de vraag had B moeten zijn: Zie pagina 48 van het spelregelboek, onder ‘indirecte vrije schop’. Omdat hier sprake is van een niet fysieke overtreding maar beledigen, is de straf een indirecte vrije schop. De grove belediging betekent wel een rode kaart voor de overtreder.  

Spelregelvraag van de week (12 januari 2018):

Een verdediger slaat, in een natuurlijke draaibeweging naar achteren, de bal met de elleboog weg. Hij kan de bal niet zien en slaat deze op de hiervoor beschreven wijze toevalligerwijze weg uit zijn eigen doelgebied. Wat beslist de scheidsrechter?

A. Strafschop en een waarschuwing

B. Strafschop en veldverwijdering wegens het ontnemen van een duidelijke scoringskans

C. Indirecte vrije schop op de lijn van het doelgebied wegens onsportief gedrag

D. Hij laat doorspelen, omdat de speler de bal niet opzettelijk met de elleboog raakt 

Het antwoord had D moeten zijn: Zie pagina 47 van het spelregelboek, onder ‘hands’. Hands is strafbaar als de speler de bal opzettelijk raakt met de hand. En dat is in dit voorbeeld niet het geval. Dus gewoon doorspelen.  

Spelregelvraag van de week (19 januari 2018):

Een speler die buiten het veld aan een blessure is behandeld, kan de wedstrijd niet voortzetten. De wisselspeler die hem vervangt komt zonder toestemming van de scheidsrechter vanaf de bank het speelveld inlopen en begaat onmiddellijk een onbesuisde overtreding op een tegenstander. Hoe moet een scheidsrechter hier beslissen?

A. De speler begaat 2 overtredingen tegelijkertijd. Zonder toestemming betreden van het speelveld en de onbesuisde overtreding. De scheidsrechter toont hem twee keer een gele kaart en daarna rood en hervat het spel met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen hij affloot.

B. De scheidsrechter bestraft alleen de 1e overtreding, het zonder toestemming betreden van het speelveld, toont hem de gele kaart en hervat het spel met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal was toen hij affloot.

C. De scheidsrechter bestraft de meest ernstige overtreding en toont de wisselspeler een gele kaart en hervat het spel met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen hij affloot.

D. Scheidsrechter bestraft de ernstigste overtreding (onbesuisde overtreding) en toont de wisselspeler een gele kaart, en hervat het spel met een directe vrije schop op de plaats waar de overtreding werd begaan.

Het antwoord had D moeten zijn: Zie pagina 237 van het spelregelboek. Wanneer meer dan één overtreding tegelijkertijd wordt begaan, dient de ernstigste overtreding in termen van sanctie/hervatting/fysieke ernst/tactische gevolgen, te worden bestraft. In dit geval is dat de onbesuisde actie tegenover de tegenstander.   

Spelregelvraag van de week (26 januari 2018):

De doelverdediger spuwt tijdens het spel vanuit zijn eigen strafschopgebied, maar buiten het doelgebied, naar een aanvaller die achter de doellijn staat. De scheidsrechter onderbreekt hiervoor het spel. Wat beslist de scheidsrechter?

A. De doelverdediger wegzenden en een indirecte vrije schop voor de aanvallende partij op de plaats waar de bal was, toen het spel werd onderbroken.

B. De doelverdediger wegzenden en een strafschop voor de aanvallende partij.

C. De doelverdediger wegzenden en een scheidsrechtersbal op de doellijn ter hoogte van de aanvaller.

D. De doelverdediger wegzenden en een indirecte vrije schop voor de aanvallende partij op de doellijn ter hoogte van de aanvaller

Het antwoord had B moeten zijn: Zie pagina 47 van het spelregelboek. Spuwen van een tegenstander is altijd rood. Als de bal in het spel is en een speler begaat een overtreding tegen een tegenstander buiten het speelveld, dan wordt het spel hervat met een strafschop als dit een overtreding is waarvoor een directe vrije schop moet worden toegekend. Dus strafschop (pagina 51 onderaan).   

Spelregelvraag van de week (2 februari 2018):

Een speler bevindt zich voor een blessurebehandeling buiten het speelveld aan de zijlijn. Vanuit die positie beledigt hij een tegenstande, die binnen het speelveld loopt op grove wijze, omdat die speler hem de blessure heeft bezorgd. De scheidsrechter hoort dit en onderbreekt het spel. Hij toont de speler de rode kaart. Hoe wordt het spel nu hervat?

A. met een directe vrije schop op de plaats van de overtreding

B. met een scheidsrechtersbal op plaats van de bal bij affluiten

C. met een indirecte vrije schop op plaats van de bal bij affluiten

D. met een indirecte vrije schop op de zijlijn.

Het antwoord had D moeten zijn: Zie pagina 48, 2, indirecte vrije schop. Een indirecte vrije schop wordt toegekend indien een speler zich schuldig maakt aan het geven van commentaar, het gebruiken van grove, beledigende of ongepaste taal en/of gebaren of andere verbale overtredingen maakt.    

Spelregelvraag van de week (9 februari 2018):

Halverwege de speelhelft van de verdedigende partij lopen een aanvaller en een verdediger achter de bal aan. Als zij in duel gaan om de bal te bemachtigen, komen beide spelers buiten de zijlijn terecht en daar maakt de verdediger een te late tackle, zonder daarbij het gevaar of de gevolgen voor de tegenstander in ogenschouw te nemen. De bal blijft binnen de lijnen van het speelveld. Wat zal de beslissing moeten zijn?

A. Hij hervat het spel met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal was toen hij affloot en toont de verdediger een gele kaart.

B. Hij hervat het spel met een directe vrije schop op de zijlijn, het dichtst bij de plaats waar de overtreding gebeurde een toont de overtreder de gele kaart.

C. Hij hervat het spel met een indirecte vrije schop, omdat de overtreding buiten het speelveld plaatsvond en toont de verdediger de gele kaart.

D. Hij hervat het spel met een directe vrije schop op de zijlijn, het dichtst bij de plaats waar de overtreding gebeurde.

Het antwoord had B moeten zijn: Zie pagina 51, onderaan. Als de bal in het spel is en een speler begaat een overtreding buiten het speelveld tegenover een tegenstander, dan wordt het spel hervat met een directe vrije schop op de zijlijn, het dichtst bij de plaats waar de overtreding gebeurde. De persoonlijke straf voor de overtreding is een gele kaart.    

Spelregelvraag van de week (16 februari 2018):

De doelverdediger mag een doelschop nemen. Omdat hij dit snel wil doen, werpt hij de bal vanuit zijn handen op de grond en als deze nog rolt, maar nog wel binnen het doelgebied is, trapt hij de bal correct het spel in. Is dit geoorloofd?

A. Ja dat is geoorloofd, want de bal was volgens de regel nog in het doelgebied toen deze getrapt werd.

B. Neen dat is niet geoorloofd, want bij het nemen van een doelschop moet de bal stilliggen.

C. Neen dat is niet geoorloofd, want de bal lag niet stil op de horizontale lijn van het doelgebied.

D. Dit is wel geoorloofd, want de doelschop mag op elke willekeurige plaats vanuit het doelgebied genomen worden.

Het antwoord had B moeten zijn: Zie pagina 62. In de regels is bepaald, dat de bal stil moet liggen en mag worden getrapt door een speler van de verdedigende partij, vanaf een willekeurig punt binnen het doelgebied.     

Spelregelvraag van de week (23 februari 2018):

Na welke van de onderstaande overtredingen moet het spel hervat worden met een scheidsrechtersbal?

A. Een speler gooit een voorwerp vanuit zijn eigen strafschopgebied naar een tegenstander die binnen dit strafschopgebied staat.

B. Een speler gooit een voorwerp vanuit zijn eigen strafschopgebied naar een tegenstander die buiten dit strafschopgebied en binnen het speelveld staat.

C. Een speler gooit een voorwerp vanuit zijn eigen strafschopgebied naar een toeschouwer die het speelveld op komt lopen.

D. Een speler, die buiten het speelveld staat, gooit een voorwerp naar een tegenstander die binnen het speelveld staat.

Het antwoord had C moeten zijn: Zie pagina 51, onder 4, 2e stipje. Als de bal in het spel is en een speler begaat een overtreding binnen het speelveld tegenover een ander persoon, waartoe ook een toeschouwer behoort, dan is de spelhervatting een scheidsrechtersbal.     

Spelregelvraag van de week (2 maart 2018):

Tijdens het spel begaat een aanvaller een fysieke overtreding binnen het speelveld tegen een assistent-scheidsrechter. Hoe zal het spel hervat worden nadat de scheidsrechter het spel heeft onderbroken en de aanvaller een rode kaart heeft getoond?

A. Hij laat het spel hervatten met een indirecte vrije schop op de plaats van de overtreding.

B. Hij laat het spel hervatten met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken.

C. Hij laat het spel hervatten met een directe vrije schop op de plaats van de overtreding.

D. Hij laat het spel hervatten met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken.

Het antwoord had C moeten zijn: Zie pagina 51, onder 4. Als de bal in het spel is en een speler begaat een fysieke overtreding binnen het speelveld tegenover een teamofficial, dan is de spelhervatting een directe vrije schop.     

Spelregelvraag van de week (9 maart 2018):

Een wisselspeler komt zonder toestemming van de scheidsrechter vanaf de bank het speelveld inlopen en begaat onmiddellijk een onbesuisde overtreding op een tegenstander, waarop als spelstraf een directe vrije schop staat. Hoe moet een scheidsrechter hier volgens de regels handelen?

A. De speler begaat 2 overtredingen tegelijkertijd. Zonder toestemming betreden van het speelveld en de onbesuisde overtreding. De scheidsrechter toont hem 2x een gele kaart en daarna rood en hervat het spel met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen de scheidsrechter affloot.

B. De scheidsrechter bestraft alleen de 1e overtreding, het zonder toestemming van de scheidsrechter betreden van het speelveld, toont hem de gele kaart en hervat het spel met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen de scheidsrechter affloot.

C. De scheidsrechter bestraft de ernstigste overtreding en toont de wisselspeler een gele kaart en hervat het spel met een directe vrije schop op de plaats waar die overtreding werd begaan.

D. De scheidsrechter bestraft beide overtredingen en toont de wisselspeler 2x een gele kaart en daarna de rode kaart en hervat het spel wegens de ernstigste overtreding (onbesuisde overtreding) met een directe vrije schop op de plaats waar die overtreding werd begaan.

Het antwoord had D moeten zijn: Zie pagina 23, disciplinaire straffen, 1e aandachtsstreepje. Hier worden twee overtredingen gemaakt. Eerst het zonder toestemming betreden van het veld en dan gelijk een onbesuisde overtreding op de tegenstander. Voor beide zaken dient de gele kaart getoond te worden en bij het tonen van de 2e gele kaart volgt de rode kaart. Voor de ernstigste overtreding dient nu een spelhervatting te geschieden en dat was de onbesuisde overtreding op de tegenstander en daarvoor is de spelhervatting een directe vrije schop op de plaats van de overtreding.     

Spelregelvraag van de week (16 maart 2018):

Bij welke van de onderstaande overtredingen moet het spel hervat worden met een directe vrije schop of strafschop?

A. Een speler trapt een medespeler binnen het speelveld.

B. Een speler verlaat tijdens het spel het speelveld en trapt daar een toeschouwer.

C. Een speler probeert een fotograaf achter het doel te slaan.

D. Een toeschouwer spuwt van buiten het speelveld een speler in het speelveld in het gezicht.

Het antwoord had A moeten zijn: Zie pagina 51 onder 4, 1e aandachtsstip. Als de bal in het spel is en een speler begaat een fysieke overtreding binnen het speelveld tegenover een medespeler, dan is de spelhervatting een directe vrije schop.     

Spelregelvraag van de week (23 maart 2018):

Een trainer is ontevreden over een speler die zijn opdrachten niet goed uitvoert en hij maakt dit tijdens de wedstrijd aan de speler met gebaren duidelijk. De speler reageert kwaad, loopt het veld uit en slaat zijn trainer. De scheidsrechter ziet dit, fluit af en toont de speler de rode kaart. Hoe moet het spel worden hervat?

A. Indirecte vrije schop voor de tegenpartij op de plaats waar de bal was op het moment van onderbreken.

B. Indirecte vrije schop voor de tegenpartij op de zijlijn het dichtst bij de plaats waar de trainer werd geslagen.

C. Scheidsrechtersbal op de plaats van de overtreding.

D. Een directe vrije schop voor de tegenpartij op de plaats waar de trainer werd geslagen.

Het antwoord had B moeten zijn: Omdat de overtreding buiten het speelveld plaatsvond, is de plaats van de spelhervatting op de zijlijn het dichtst bij de plaats waar de trainer werd geslagen.     

Spelregelvraag van de week (30 maart 2018):

Bij het nemen van een vrije schop binnen het eigen strafschopgebied, bevinden zich nog een of meer tegenstanders in het strafschopgebied. De nemer besluit de bal snel te nemen terwijl de tegenstanders geen tijd genoeg hebben om dit gebied te verlaten. Wat beslist de scheidsrechter?

A. Hij onderbreekt het spel en hervat met een scheidsrechtersbal.

B. Hij onderbreekt het spel en laat opnieuw hervatten met een vrije schop door de verdedigende partij.

C. Hij laat alleen doorspelen indien de tegenstanders op tenminste 9,15 meter staan.

D. Hij laat alleen doorspelen als de bal rechtstreeks buiten het strafschopgebied wordt getrapt en geen van de tegenstanders de bal als eerste raakt of als eerste probeert te spelen.

Het antwoord had D moeten zijn: Zie pagina 54/55, onder 3. Tot het moment dat de bal in het spel is, moeten alle tegenstanders in principe buiten het strafschopgebied blijven. Wanneer een vrije schop voor de verdedigende partij van binnen het eigen strafschopgebied  snel wordt genomen en er zich nog tegenstanders binnen dat strafschopgebied bevinden omdat ze geen tijd hadden het gebied te verlaten, dan laat de scheidsrechter doorspelen.   

Spelregelvraag van de week (6 april 2018):

Een keihard bekerduel eindigt in een gelijk spel. Team A heeft nog maar 7 spelers. In de penaltyserie krijgt de doelman van Team A zijn 2e gele kaart. Wat staat de scheidsrechter nu te doen?

A. Hij staakt de wedstrijd en verklaart Team B tot winnaar.

B. De penaltyserie gaat gewoon door met 6 spelers van Team A en 7 spelers van Team B.

C. Hij staakt de wedstrijd en meldt het voorval aan de bond.

D. Hij draagt Team B op het aantal spelers terug te brengen op 6 en gaat verder met de penaltyserie waarbij beide teams dan dus 6 spelers hebben.

Het antwoord had D moeten zijn: Zie regel 10, pagina 41. Wanneer een team aan het einde van de wedstrijd, voor of tijdens de strafschoppenserie een groter aantal spelers heeft dan de tegenstander, dan moet dat team het aantal verminderen totdat het gelijk is aan het aantal van de tegenstander.    

Spelregelvraag van de week (13 april 2018):

Een doelverdediger ontneemt een aanvaller van de tegenpartij een duidelijke scoringskans, maar de bal komt bij een medespeler van de aanvaller terecht, die een duidelijke scoringspositie behoudt. De scheidsrechter past voordeel toe, maar de bal wordt naast geschoten. Wat is de beslissing van de scheidsrechter?

A. Strafschop en een gele kaart voor de doelverdediger.

B.  Strafschop en een rode kaart voor de doelverdediger.

C. Doelschop en een gele kaart voor de doelverdediger.

D. Doelschop en een rode kaart voor de doelverdediger.

Laat onderstaand het juiste antwoord weten.

Het antwoord is C: Hier wordt weliswaar een overtreding gemaakt waarbij de duidelijke scoringskans verloren lijkt te gaan, doch de bal komt bij de medespeler terecht die voor zijn ploeg nog steeds een duidelijke scoringskans behoudt. De scheidsrechter pas hier dus de voordeelregel toe en dat de aanvaller geen gebruik maakt van de duidelijke scoringskans en geen doelpunt maakt, maar de bal naast schiet, is zijn eigen schuld. De doelverdediger die de aanvaller de scoringskans ontnam moet wel de gele kaart getoond worden wegens onsportief gedrag en het spel dient te worden hervat met een doelschop.

Spelregelvraag van de week (20 april 2018):

Tijdens een wedstrijd ziet een verdediger die de bal wil koppen dat hij er waarschijnlijk niet bij kan en steunt dan op een teamgenoot en kopt vervolgens de bal. Hij doet dat in zijn strafschopgebied en onderbreekt daardoor een veelbelovende aanval van de tegenpartij. Wat zal de scheidsrechter volgens de regels moeten doen?

A. Hij fluit af, toont de overtreder een gele kaart en hervat het spel met een strafschop

B. Hij fluit af, toont de overtreder een gele kaart en hervat het spel met een scheidsrechtersbal op de plaats van de   overtreding

C. Hij fluit af, toont de overtreder een gele kaart voor onsportief gedrag en hervat het spel met een indirecte vrije schop

D. Hij laat doorspelen, want het steunen op een teamgenoot is nooit strafbaar.

Het antwoord had C moeten zijn: De overtreding – steunen op een medespeler om bij de bal te kunnen – wordt als onsportief gedrag gezien, waarvoor een gele kaart getoond moet worden, waarbij als spelhervatting een indirecte vrije schop behoort.

Spelregelvraag van de week (27 april 2018):

Een directe vrije schop, even buiten het strafschopgebied in het voordeel van de verdedigende partij, wordt teruggeplaatst op de doelverdediger. De scheidsrechter staat in de baan van het schot, waardoor de bal van richting verandert en in het doel verdwijnt, zonder dat iemand anders de bal raakt. Wat beslist de scheidsrechter?

A. Aftrap na geldig doelpunt

B. Doelschop

C. Vrije schop overnemen

D. Hoekschop

Het antwoord had D moeten zijn: Zie pagina 44 Spelregels Veldvoetbal. Uit een directe vrije schop in eigen doel kan nooit rechtstreeks worden gescoord. Hier raakt de scheidsrechter weliswaar de bal, maar hij wordt als ‘dood element’ aangemerkt en dan blijft dus staan dat de val rechtstreeks in eigen doel is geschoten. Spelhervatting is dan ook een hoekschop voor de tegenpartij.

Spelregelvraag van de week (4 mei 2018):

Welke van onderstaande overtredingen moet bestraft worden met een waarschuwing door het tonen van de gele kaart?

A. Op onvoorzichtige wijze een tegenstander ten val brengen door een sliding

B. Een tegenstander verbaal afleiden tijdens het spel of bij een spelhervatting

C. De scheidsrechter bespuwen

D. De bal in de handen nemen door een doelverdediger, die bewust en met de voet is toegespeeld door een medespeler.

Het antwoord had B moeten zijn: Voor een onvoorzichtige overtreding is de straf een directe vrije schop en geen kaart. Een scheidsrechter bespuwen geeft altijd een rode kaart en de bal in de handen nemen door de doelverdediger, nadat deze doelbewust is toegespeeld door een medespeler, geeft een indirecte vrije schop en geen kaart. Dus blijft over antwoord B, wat als onsportief gedrag wordt aangemerkt, en daarvoor dient de gele kaart te worden getoond.

Spelregelvraag van de week (11 mei 2018):

De bal is in de middencirkel. De scheidsrechter ziet dat een speler zonder toestemming het speelveld verlaat en daar een wisselspeler, die zich aan het warmlopen is, een klap geeft. De scheidsrechter onderbreekt het spel. Hoe zal de scheidsrechter nu verder moeten handelen?

A. Hij toont de speler een gele kaart en hervat het spel met een scheidsrechtersbal nabij de zijlijn

B. Hij toont de speler een gele kaart en laat het spel hervatten met een indirecte vrije schop voor de tegenpartij nabij de zijlijn

C. Hij toont de speler een rode kaart en laat het spel hervatten met een directe vrije schop voor de tegenpartij, op de zijlijn, het dichtst bij de plaats van de overtreding

D. Hij toont de speler een rode kaart en hervat het spel met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken.

Het antwoord op de vraag had C moeten zijn: Zie het overzichtje van overtredingen binnen en buiten het speelveld – februari 2018 onder 2. De bal is in het spel en een speler verlaat het speelveld en begaat een overtreding buiten het speelveld ten opzichte van een wisselspeler, dan is de spelhervatting een directe vrije schop op de zijlijn het dichtst bij de plaats van de overtreding. Als persoonlijke straf voor het slaan, geldt het tonen van een rode kaart.

Spelregelvraag van de week (18 mei 2018):

Tijdens het spel ziet de scheidsrechter dat een wisselspeler vanuit de dug-out spuwt naar de vierde official. Wat moet de scheidsrechter beslissen nadat hij hiervoor het spel heeft onderbroken?

A. Hij stuurt de wisselspeler weg en hervat het spel met een scheidsrechtersbal op de zijlijn, zo dicht mogelijk bij de plaats van de overtreding.

B. Hij toont de wisselspeler de rode kaart en hervat het spel met een indirecte vrije schop voor de tegenpartij op de plaats waar de bal was toen hij het spel onderbrak.

C. Hij toont de wisselspeler de rode kaart en hervat het spel met een directe vrije schop op de zijlijn, zo dicht mogelijk bij de plaats van de overtreding.

D. Hij toont de wisselspeler de rode kaart en hervat het spel met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal was toen hij het spel onderbrak.

Het antwoord had C moeten zijn: Zie het overzichtje van overtredingen binnen en buiten het speelveld – februari 2018 onder 3. De bal is in het spel en een wisselspeler begaat buiten het speelveld een overtreding tegenover een wedstrijdofficial, dan volgt er een vrije schop op de zijlijn het dichtst bij de plaats  waar de overtreding plaatsvond. De persoonlijke straf voor het spuwen (de meest smerige overtreding) is het tonen van de rode kaart.

Spelregelvraag van de week (25 mei 2018):

Een speler plaatst zichzelf tussen een tegenstander en de bal. De bal is niet binnen speelbereik en de speler tracht op deze wijze de tegenstander op correcte wijze van de bal te houden. Hij maakt bij deze actie wel contact met zijn tegenstander. Wat moet de scheidsrechter hier beslissen?

A. Hij laat doorspelen, want hij mag op deze wijze verhinderen dat de tegenstander de bal kan spelen.

B. Hij kent een indirecte vrije schop toe voor het op onreglementaire wijze de tegenstander te belemmeren de bal te spelen.

C. Hij kent een directe vrije schop toe, omdat hier sprake is van een overtreding die gepaard gaat met contact en dan wordt deze bestraft met een directe vrije schop of strafschop

D. Hij laat doorspelen, want lichamelijk contact is ook geoorloofd bij het belemmeren van de tegenstander om de bal te spelen ook al is deze niet binnen speelbereik.

Het antwoord had C moeten zijn: Wil het afschermen van de bal onbestraft blijven, dan dient de bal binnen speelbereik te zijn en te blijven, wat hier dus niet het geval is. Dus is er hier sprake van een overtreding. Omdat er sprake is van het maken van fysiek contact, is de spelhervatting in een dergelijke situatie een directe vrije schop en zou een strafschop kunnen zijn als het contact plaats heeft binnen het strafschopgebied en de verdediger de overtreder is.  

Spelregelvraag van de week (1 juni 2018):

Een speler staat op het moment van spelen in buitenspelpositie. Hij loopt nu zijn eigen helft op en speelt daar de bal. De scheidsrechter fluit. Waar wordt nu de vrije schop genomen?

A. Op de plaats waar de speler stond toen de bal gespeeld werd.

B. Op de middenlijn waar de speler deze passeerde.

C. Op de plaats waar de speler de bal speelde.

D. Op de plaats waar de bal was toen de scheidsrechter floot.

Het antwoord had C moeten zijn: Vroeger was het altijd daar waar de speler buitenspel stond, werd ook de indirecte vrije schop genomen. Sinds 1 juli 2017 is dat gewijzigd. Nu is het daar waar de speler de bal aanraakt, nadat de scheidsrechter buitenspel heeft geconstateerd. Dat kan nu dus ook op de eigen speelhelft zijn, want de vrije schop wordt toegekend omdat de speler eerder buitenspel stond toen hij op de helft van de tegenstander stond.   

Spelregelvraag van de week (8 juni 2018):

Een inwerper gooit de bal zacht tegen de rug van een tegenstander om op die manier de bal weer te kunnen spelen. Via deze speler gaat de bal weer over de zijlijn. Wat zal de scheidsrechter beslissen?                        

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. inworp
B. indirecte vrije schop
C. directe vrije schop
D. scheidsrechtersbal

3. Plaats van de hervatting
A. op de plaats waar de inwerper stond
B. op de plaats waar de speler geraakt…
C. waar de bal de zijlijn passeerde
D. op de middenstip.

Het antwoord had A-A-C moeten zijn: De bal zacht tegen de rug van een tegenstander gooien is toegestaan. Omdat de bal via een tegenstander over de zijlijn gaat, is het vervolg weer een nieuwe inworp en wel voor de tegenpartij.    

Spelregelvraag van de week (15 juni 2018):

Een niet strafbaar buitenspel staande aanvaller wordt in het strafschopgebied op onbesuisde wijze aangevallen door een verdediger. De bal is dat moment buiten het strafschopgebied in het spel. Wat zal de scheidsrechter beslissen?                                                

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. strafschop
B. indirecte vrije schop
C. directe vrije schop
D. scheidsrechtersbal

3. Plaats van de hervatting
A. waar de bal was toen..
B. waar de overtreding plaats vond
C. strafschopstip
D. doorspelen.

Het antwoord is B-A-C: voor het onbesuisd aanvallen van een tegenstander is de persoonlijke straf het tonen van een gele kaart. Omdat de bal in het spel is en de scheidsrechter daarvoor onderbreekt, wordt de spelhervatting een strafschop, omdat de overtreding door een verdediger in zijn eigen strafschopgebied werd gemaakt.     

Spelregelvraag van de week (22 juni 2018):

Terwijl het spel zich op het middenveld ontwikkelt, kijkt de scheidsrechter om en ziet dat in het strafschopgebied van partij A een aanvaller een verdediger slaat. Hoe reageert de scheidsrechter?                                                 

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. geen vrije schop
B. indirecte vrije schop
C. directe vrije schop
D. strafschop

3. Plaats van de hervatting
A. waar de bal was toen..
B. waar de overtreding plaats vond
C. strafschopstip
D. op de lijn van het….

Het antwoord had C-C-B moeten zijn: het slaan van een tegenstander geeft als persoonlijke straf altijd het tonen van de rode kaart. De bal is in het spel, maar de overtreding wordt gemaakt in het strafschopgebied en daarom wordt daar dan ook de spelhervatting uitgevoerd. En omdat het gaat om een overtreding gemaakt door een aanvaller krijgt de verdediger een directe vrije schop als spelhervatting.      

Spelregelvraag van de week (29 juni 2018):

Tijdens het spel beledigt een verdediger in het strafschopgebied de scheidsrechter. Wat zal de scheidsrechter nu moeten beslissen?                                                 

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. doorspelen
B. indirecte vrije schop
C. directe vrije schop
D. strafschop

3. Plaats van de hervatting
A. waar de bal was toen..
B. waar de overtreding plaats vond
C. strafschopstip

Het antwoord had C-B-B moeten zijn: voor het beledigen geldt als persoonlijke straf altijd het tonen van de rode kaart. Omdat het in dit geval gebeurt tegenover de scheidsrechter, is de spelhervatting een indirecte vrije schop en wel op de plaats waar de speler stond die de scheidsrechter beledigde.

Spelregelvraag van de week (6 juli 2018):

Een speler die buiten het veld aan een blessure is behandeld, kan de wedstrijd niet voortzetten. De wisselspeler die hem vervangt komt zonder toestemming van de scheidsrechter vanaf de bank het speelveld inlopen en begaat onmiddellijk een onbesuisde overtreding op een tegenstander. Hoe moet een scheidsrechter hier beslissen?

A. De speler begaat 2 overtredingen tegelijkertijd. Zonder toestemming betreden van het speelveld en de onbesuisde overtreding. De scheidsrechter toont hem twee keer een gele kaart en daarna rood en hervat het spel met een directe vrije schop op de plaats waar de bal van de overtreding.

B. De scheidsrechter bestraft alleen de 1e overtreding, het zonder toestemming betreden van het speelveld, toont hem de gele kaart en hervat het spel met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal was toen hij affloot.

C. De scheidsrechter bestraft de meest ernstige overtreding en toont de wisselspeler een gele kaart en hervat het spel met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen hij affloot.

D. Scheidsrechter bestraft de ernstigste overtreding (onbesuisde overtreding) en toont de wisselspeler een gele kaart, en hervat het spel met een directe vrije schop op de plaats waar de overtreding werd begaan.

Het antwoord had A moeten zijn: hier worden twee overtredingen gemaakt. Eerst het zonder toestemming betreden van het veld en dan gelijk een onbesuisde overtreding op de tegenstander. Voor beide zaken dient de gele kaart getoond te worden en bij het tonen van de 2e gele kaart volgt de rode kaart. Voor de ernstigste overtreding dient nu een spelhervatting te geschieden en dat was de onbesuisde overtreding op de tegenstander. Daarvoor is de spelhervatting een directe vrije schop op de plaats van de overtreding.

Spelregelvraag van de week (13 juli 2018):

Een speler bevindt zich voor een blessurebehandeling buiten het speelveld aan de zijlijn. Vanuit die positie beledigt hij een tegenstander, die binnen het speelveld loopt op grove wijze, omdat die speler hem de blessure heeft bezorgd. De scheidsrechter hoort dit en onderbreekt het spel. Hij toont de speler de rode kaart. Hoe wordt het spel nu hervat?

A. met een directe vrije schop op de plaats van de overtreding

B. met een scheidsrechtersbal op plaats van de bal bij affluiten

C. met een indirecte vrije schop op plaats van de bal bij affluiten

D. met een indirecte vrije schop op de zijlijn.

Het antwoord is D: een indirecte vrije schop wordt toegekend indien een speler zich schuldig maakt aan het geven van commentaar, het gebruiken van grove, beledigende of ongepaste taal en/of gebaren of andere verbale overtredingen maakt. 

Spelregelvraag van de week (20 juli 2018):

Een aanvaller die zich achter de doellijn heeft teruggetrokken om zich aan buitenspel te onttrekken, schreeuwt in die positie een aanwijzing naar een medespeler, die ter hoogte van de strafschopstip in het bezit van de bal is. De scheidsrechter fluit af en geeft de schreeuwende speler een waarschuwing. Hoe hervat hij het spel?

A. met een indirecte vrije schop op de doellijn, zo dicht mogelijk bij de plaats waar de schreeuwende speler stond

B. met een scheidsrechtersbal op de plaats van de bal was toen afgefloten werd

C. met een indirecte vrije schop vanaf de plaats van de bal bij affluiten

D. met een directe vrije schop op de doellijn, zo dicht mogelijk bij de plaats waar de schreeuwende speler stond.

Het antwoord had A moeten zijn: het gaat hier om een niet-fysieke overtreding en derhalve wordt een indirecte vrije schop de spelhervatting. Omdat de overtreding buiten het speelveld werd gemaakt, is de plaats van de hervatting de doellijn het dichtst bij de plaats waar de schreeuwende speler zich bevond. 

Spelregelvraag van de week (27 juli 2018):

De scheidsrechter mag worden geassisteerd door een VAR (videoscheidsrechter) als er een duidelijke fout wordt gemaakt of een ernstig incident is gemist. Bij welke zaken mag de VAR ingrijpen?

A. Doelpunt/geen doelpunt, strafschop/geen strafschop en directe rode kaarten

B. Doelpunt/geen doelpunt, strafschop/geen strafschop, directe rode kaarten én bij persoonsverwisselingen (waarbij scheidsrechter de verkeerde persoon van de overtredende partij geel of rood geeft)

C. Doelpunt/geen doelpunt, strafschop/geen strafschop, directe rode kaarten en bij buitenspel

D. Doelpunt/geen doelpunt, strafschop/geen strafschop, directe rode kaarten én bij persoonsverwisselingen (waarbij scheidsrechter de verkeerde persoon van de overtredende partij rood geeft).

Het antwoord had B moeten zijn: het zie de toelichting op pagina 11 van de spelregelwijzigingen per 1 juni 2018.

Spelregelvraag van de week (3 augustus 2018):

Als de doelverdediger de bal vanuit de hand wil uittrappen, wordt hij in zijn bewegingen gehinderd door een aanvaller die elke beweging volgt. Een verdediger wil zijn doelverdediger helpen en duwt de aanvaller met de borst opzij. De doelverdediger kan nu beter uittrappen. Hoe moet de scheidsrechter nu reageren?

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. indirecte vrije schop
B. directe vrije schop
C. strafschop
D. scheidsrechtersbal
E. geen/doorspelen

3.  Plaats van de hervatting
A. waar de bal was
B. waar de verdediger duwde
C. waar de aanvaller hinderde
D. vanaf de strafschopstip
E. niet van toepassing

Het antwoord had A-C-C moeten zijn: het hinderen van de doelverdediger bij het weer in het spel brengen van de bal dient te worden bestraft met een indirecte vrije schop. Een persoonlijke straf (gele kaart) is niet voorgeschreven, tenzij  het gaat om een  herhaalde situatie. De plaats van de spelhervatting is de plaats waar het hinderen plaatsvond.

Spelregelvraag van de week (10 augustus 2018):

Terwijl de bal in het spel is, raken een aanvaller en een verdediger in gevecht in het doel achter de doellijn in de zogenaamde netruimte. De scheidsrechter fluit af. Wat beslist hij?

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. indirecte vrije schop
B. directe vrije schop
C. strafschop
D. scheidsrechtersbal
E. geen/doorspelen

3.  Plaats van de hervatting
A. waar de bal was
B. op de lijn van het doelgebied
C. willekeurig punt in het doelgebied
D. vanaf de strafschopstip
E. niet van toepassing

Het antwoord op de vorige vraag had C-D-D moeten zijn: beide spelers dienen hiervoor de rode kaart getoond worden. Omdat gelijktijdig door verdediger en aanvaller de overtreding wordt gemaakt, dient de zwaarste spelhervatting te worden toegepast en dat is die van de verdediger. Het spel dient dus te worden hervat met een strafschop en wel  vanaf de strafschopstip.

Spelregelvraag van de week (17 augustus 2018):

Als een toeschouwer het veld oploopt, wordt hij door een speler, binnen het strafschopgebied, hard in het gezicht geslagen. Het spel is gaande. Wat beslist de scheidsrechter als hij hiervoor het spel onderbreekt en de toeschouwer van het veld heeft laten verwijderen?

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. indirecte vrije schop
B. directe vrije schop
C. strafschop
D. scheidsrechtersbal

3.  Plaats van de hervatting
A. waar de bal was
B. waar de toeschouwer stond
C. op de zijlijn
D. vanaf de strafschopstip

Het antwoord had C-D-A moeten zijn: de slaande speler dient door het tonen van de rode kaart van het speelveld te worden gezonden. Omdat het hier gaat om het slaan van een toeschouwer (een ander persoon), is de spelhervatting een scheidsrechtersbal en wel vanaf de plaats waar de bal was toen de scheidsrechter het spel onderbrak.

Spelregelvraag van de week (24 augustus 2018):

Tijdens een wedstrijd kent de scheidsrechter een vrije schop toe aan de aanvallende partij, op zestien meter van het doel van de tegenpartij. De aanvaller die de schop neemt schiet de bal rechtstreeks naar het doel van de tegenpartij. Een op de doellijn staande verdediger, niet zijnde de doelverdediger, stompt de bal met de vuist over het doel. Wat zal de scheidsrechter nu moeten beslissen?

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. indirecte vrije schop
B. directe vrije schop
C. strafschop
D. hoekschop

3.  Plaats van de hervatting
A. vanuit het hoekschopgebied
B. op de lijn van het doelgebied
C. willekeurig punt in het doelgebied
D. vanaf de strafschopstip

Het antwoord had B-C-D moeten zijn: Omdat de vrije schop op 16 meter van het doel moet worden genomen, is dit een indirecte vrije schop juist binnen het strafschopgebied. Uit een indirecte vrije schop kan niet rechtstreeks worden gescoord en wordt hiermee dus ook geen duidelijke scoringskans ontnomen. De overtredende speler dient met het tonen van de gele kaart te worden bestraft. De spelhervatting is een strafschop wegens de handsbal en deze vindt plaats vanaf de strafschopstip.

Spelregelvraag van de week (31 augustus 2018):

Als de bal uit een doelschop op weg is naar de lijn van het strafschopgebied, komt een aanvaller het strafschopgebied binnen lopen. Hij wordt nu door een verdediger, die is meegelopen binnen dit gebied, vastgehouden waardoor de aanvaller ten val komt. Hoe reageert de scheidsrechter?

1. Disciplinaire straf
A. geen kaart
B. gele kaart
C. rode kaart

2. Spelstraf/hervatting
A. indirecte vrije schop
B. directe vrije schop
C. strafschop
D. scheidsrechtersbal
E. doelschop

3.  Plaats van de hervatting
A. waar de bal was
B. op de lijn van het doelgebied
C. willekeurig punt in het doelgebied
D. vanaf de strafschopstip
E. op de lijn van het strafschopgebied

Het antwoord had B-E-C moeten zijn: De eerste overtreding is het binnen het strafschopgebied komen van de aanvaller voordat de bal het strafschopgebied had verlaten. Omdat de bal nog niet in het spel was, dient de doelschop te worden overgenomen en wel vanaf een willekeurig punt binnen het doelgebied. De overtreding (het te vroeg binnenlopen van het strafschopgebied) dient te worden bestraft met een gele kaart.

Spelregelvraag van de week (7 september 2018):

Een speler staat op het moment van spelen in buitenspelpositie. Hij loopt nu zijn eigen helft op en speelt daar de bal. De scheidsrechter fluit. Waar wordt nu de vrije schop genomen?

A. op de plaats waar de speler stond toen de bal gespeeld werd

B. op de middenlijn waar de speler deze passeerde

C. op de plaats waar de speler de bal speelde

D. op de plaats waar de bal was toen de scheidsrechter floot

Het antwoord had C moeten zijn: Sinds vorig jaar is de buitenspelregel zodanig gewijzigd, dat de plaats van de spelhervatting daar is waar de buitenspel staande speler de bal aanraakt of speelt. Dat betekent dat hij weliswaar buitenspel staat op de helft van de tegenstander, maar dat hij de bal speelt op eigen speelhelft en de indirecte vrije schop ook wordt genomen op de plaats waar de buitenspel staande speler de bal raakt. Dus op eigen speelhelft en niet waar hij buitenspel stond toen de bal door een medespeler naar hem werd gespeeld.  

Spelregelvraag van de week (14 september 2018):

Bij een wedstrijd wordt het spel onderbroken omdat de doelman geblesseerd op de grond blijft liggen. De scheidsrechter laat verzorging toe. Nadat de geblesseerde doelman weer is opgelapt en de verzorger het veld weer heeft verlaten, hervat de scheidsrechter het spel met een scheidsrechtersbal. Hij vraagt aan de speler van partij B om de bal sportief te willen toespelen aan de geblesseerde doelman. Handelt de scheidsrechter hier correct?

A. Ja, uit oogpunt van sportiviteit een zeer correcte beslissing

B. Ja, hij mag dat wel vragen en men moet dat advies dan ook opvolgen

C. Ja, hij mag dat wel vragen, maar men hoeft het niet uit te voeren

D. Nee, dat mag de scheidsrechter niet vragen

Het antwoord had D moeten zijn: In regel 5 is bepaald dat de scheidsrechter zich neutraal moet opstellen en dit dus niet mag doen. In de praktijk gebeurt het natuurlijk bijna altijd wel op deze manier en dat is ook een goede zaak, maar volgens de spelregels is het formeel niet toegestaan.  

Spelregelvraag van de week (21 september 2018):

Er zijn dit seizoen een paar spelregelwijzigingen geweest. welke zijn juist (meer antwoorden mogelijk)? 

A. Bij een doelschop mag de bal nu al binnen het strafschopgebied worden aangeraakt

B. Bij een strafschoppenserie wordt als experiment het zogenoemde ABBA-systeem toegepast

C. Aan trainers en verzorgers kunnen dit seizoen gele en rode kaarten worden getoond

D. Trainers en verzorgers in het betaalde voetbal kunnen gele en rode kaarten worden getoond.

Het antwoord had B en D moeten zijn: Het bij A genoemde zal in de toekomst mogelijk als pilot worden geprobeerd, maar de KNVB is er vooralsnog geen voorstander van. Het bij B genoemde experiment zal wel worden toegepast. Trainers en verzorgers in het betaalde voetbal kunnen wel de gele en rode kaart worden getoond dit seizoen, maar in het amateurvoetbal mag dat nog niet.

Spelregelvraag van de week (28 september 2018):

Men mag als verdediger de bal niet doelbewust met de voet terugspelen naar zijn doelman. Een verdediger gaat nu vlak buiten het strafschopgebied op de grond liggen en kopt dan de bal met het hoofd richting zijn eigen doelman. Wat is de juiste beslissing van de Scheidsrechter?

A. Men mag het niet doelbewust met de voet doen, dus dit mag wel.

B. Men mag dit niet doen, dit wordt uitgelegd als een truc om de regel van het bewust toespelen te omzeilen.

C. Koppen van de bal richting doelverdediger is toegestaan, dus dit ook.

D. Als je de bal van een medespeler toegeschoven krijgt, mag deze kopactie ook wel.

Het juiste antwoord op de vorige vraag had B moeten zijn: Een aantal jaren geleden is de regel van kracht geworden dat men niet doelbewust de bal met de voet naar de eigen doelverdediger mag toespelen. Omdat te omzeilen werden allerlei trucs bedacht en kort daarop is in de spelregels vastgelegd dat deze trucs moeten worden bestraft met een indirecte vrije schop voor de tegenpartij en een gele kaart voor de overtreder.

Spelregelvraag van de week (5 oktober 2018):

Na het scoren van een doelpunt trekt een speler zijn shirt over zijn hoofd zonder het uit te trekken. De speler draagt onder het over zijn hoofd getrokken shirt nog een shirt, identiek aan het shirt dat hij over zijn hoofd heeft getrokken, dus inclusief naam en rugnummer. Wat moet de scheidsrechter nu beslissen?

A. Hij geeft de speler een vermaning

B. Hij toont de speler een gele kaart

C. Hij staat dit toe omdat het ondershirt gelijk is aan het andere shirt

D. Hij staat dit toe omdat de speler geen reclame, politieke, religieuze of persoonlijke uiting op het shirt heeft staan.

Het antwoord op de vraag had B moeten zijn: Het over het hoofd trekken van het shirt is niet toegestaan en dient te worden bestraft met een gele kaart. Had hij het shirt nu over het hoofd getrokken omdat hij deze kans om zeep had geholpen, dan had de scheidsrechter geen kaart mogen tonen.

Spelregelvraag van de week (12 oktober 2018):

Een speler van partij A komt met een mooie passeeractie oog in oog met de doelman van partij B te staan. Deze weet hij met een mooi stiftje te passeren, alleen heeft de bal niet veel snelheid. Een verdediger van partij B komt met een ultieme poging nog bij de bal door een sliding. Via zijn sliding komt de bal tegen de paal terecht. Vervolgens dreigt de bal weer bij een aanvaller van partij A te komen, maar de verdediger tikt de bal, terwijl hij nog op de grond ligt, met de hand in een andere richting. Wat moet de scheidsrechter nu beslissen?

A. Strafschop en rode kaart voor de verdediger

B. Strafschop en gele kaart voor de verdediger

C. Strafschop

D. Indirecte vrije schop

Het antwoord had A moeten zijn: De verdediger die de bal met de hand aanraakt ontneemt daarbij de aanvaller een duidelijke scoringskans, hetgeen bestraft moet worden met een strafschop en het wegzenden door het tonen van de rode kaart.

Spelregelvraag van de week (19 oktober 2018):

Als de bal tijdens het spel tegen de assistent-scheidsrechter wordt geschoten en via hem uit het speelveld gaat, kan het spel op verschillende manieren worden hervat. Welke van onderstaande mogelijkheden is niet juist?

A. Doelschop

B. Scheidsrechtersbal

C. Inworp

D. Hoekschop

Het antwoord had B moeten zijn: Gaat de bal via de assistent-scheidsrechter over de doellijn en is deze het laatst aangeraakt door een aanvaller, dan is de hervatting een doelschop. Is de bal het laatst aangeraakt door een verdediger, dan is de hervatting een hoekschop. En gaat de bal gewoon over de zijlijn, dan is de spelhervatting een inworp.

Spelregelvraag van de week (26 oktober 2018):

Als partij A in balbezit is onderbreekt de scheidsrechter het spel, omdat een toeschouwer op het speelveld is. Hoe en waar moet het spel worden hervat?

A. met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de toeschouwer het speelveld betrad

B. met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de toeschouwer stond toen het spel werd onderbroken

C. met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken

D. met een indirecte vrije schop voor partij A op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken.

Het antwoord had C moeten zijn: Omdat het ingrijpen hier door een toeschouwer is, dient nadat de scheidsrechter het spel hiervoor heeft onderbroken, het spel te worden hervat met een scheidsrechtersbal, en wel op de plaats waar de bal was toen hij het spel onderbrak. Hij zal de aanvoerder van de thuisspelende ploeg verzoeken de toeschouwer van het speelveld te doen verwijderen.

Spelregelvraag van de week (2 november 2018):

Een speler van partij A neemt een strafschop. De bal komt tegen de doelpaal. Als gevolg hiervan barst de bal en de kapotte ligt bij de paal in het doelvlak op de grond. Wat moet de scheidsrechter beslissen?

A. De wedstrijd onderbreken en de strafschop laten overnemen.

B. De wedstrijd onderbreken en opnieuw aanvangen met een indirecte vrije schop voor partij A, op de lijn van het doelgebied die evenwijdig loopt aan de doellijn en wel op een plek die het dichtst gelegen is bij de plaats van de kapotte bal.

C. De wedstrijd onderbreken en opnieuw aanvangen met een scheidsrechtersbal, op de lijn van het doelgebied die evenwijdig loopt aan de doellijn en wel op een plek die het dichtst gelegen is bij de plaats van de kapotte bal.

D. De wedstrijd hervatten met een aftrap na geldig doelpunt.

Het antwoord had C moeten zijn: Het moment dat gemerkt wordt dat de bal stuk gaat of is, bepaalt wat er moet gebeuren. Nu werd al gemerkt dat bij aanraking van de doelpaal de bal stuk raakte en  is er dus geen geldig doelpunt gemaakt. Er dient te worden hervat met een scheidsrechtersbal en wel op de lijn van het doelgebied die evenwijdig loopt aan de doellijn en wel op een plek die het dichtst gelegen is bij de plaats waar de bal lek raakte.

Spelregelvraag van de week (9 november 2018):

De doelman van de thuisploeg brengt met de hak van zijn schoen een streep aan op de doellijn in het midden van het doel, dit met als doel om te kunnen zorgen dat hij steeds in het midden van het doel staat. Tijdens de wedstrijd bij de eerste aanval op dat doel, merkt de scheidsrechter dit.  Wat beslist de scheidsrechter?

A. De scheidsrechter fluit af en geeft een indirecte vrije schop aan de tegenpartij op de plaats waar de bal is.

B. De scheidsrechter fluit af en geeft een indirecte vrije schop aan de tegenpartij op de plaats waar de bal is en geeft de doelman een waarschuwing.

C. De scheidsrechter kan hier tijdens de wedstrijd niets aan doen, maar meldt achteraf dit voorval aan de bond.

D. De scheidsrechter moet wachten tot de bal niet meer in het spel is en moet dan de keeper een waarschuwing geven door het tonen van de gele kaart.

Het antwoord had C moeten zijn: Dit wordt uitgelegd als spelbederf en dient te worden bestraft met een waarschuwing door het tonen van een gele kaart. De scheidsrechter behoeft het spel niet te onderbreken op moment van constatering, doch hij dient te wachten tot de eerstvolgende onderbreking.

Spelregelvraag van de week (16 november 2018):

Uit een doelschop speelt de doelverdediger de bal rechtstreeks naar een medespeler, die zich buiten het strafschopgebied bevindt. Deze laatste wipt de bal met de voet omhoog en kopt vervolgens de bal naar zijn eigen doelverdediger, die de bal daarna met de hand(en) aanraakt. Wat moet de scheidsrechter beslissen?

A.  Hij laat doorspelen.

B. Hij fluit af, toont deze medespeler een gele kaart en laat het spel hervatten met een indirecte vrije schop op de plaats waar de overtreding door deze speler werd begaan.

C. Hij fluit af, laat het spel hervatten met een indirecte vrije schop op de plaats waar de doelverdediger de bal met de hand aanraakt.

D. Hij fluit af, toont de doelverdediger een gele kaart en laat het spel hervatten met een indirecte vrije schop op de plaats waar de doelverdediger de bal met de hand raakt.

Het antwoord had B moeten zijn: Hier wordt de “truc” van het omzeilen van de regel van doelbewust toespelen van de bal met de voet naar de doelverdediger toegepast. Dit wordt als onsportief gedrag beschouwd en de speler die deze truc toepast dient hiervoor de gele kaart te worden getoond. Als spelhervatting geldt een indirecte vrije schop op de plaats waar de speler deze truc uitvoerde.

Spelregelvraag van de week (23 november 2018):

De doelverdediger stopt, staande op de doellijn tussen de palen, al vallend een schot van een aanvaller. Het schot is echter zo hard, dat de bal van zijn borst stuit. Op ongeveer 2 meter afstand staat een verdediger. Deze stopt de bal met de voet, waarna de doelverdediger de bal weer snel oppakt. Wat beslist de scheidsrechter?

A. Scheidsrechter laat gewoon doorspelen.

B. Scheidsrechter onderbreekt het spel en geeft indirecte vrije schop aan de aanvallende partij.

C. Scheidsrechter onderbreekt het spel, geeft indirecte vrije schop aan de aanvallende partij en toont de verdediger, die de bal voor de keeper stopte, de gele kaart.

D. Scheidsrechter onderbreekt het spel en geeft de aanvallende partij een strafschop wegens het ontnemen van een duidelijke scoringskans.

Het antwoord had B moeten zijn: Dit wordt uitgelegd als het doelbewust spelen van de bal naar de doelman en dient daarom te worden bestraft met een indirecte vrije schop, welke wordt genomen op de lijn van het doelgebied evenwijdig aan de doellijn het dichtst bij de plaats waar de doelverdediger de bal oppakte. Aan genoemde speler die de bal voor de doelman stopte hoeft geen kaart te worden getoond.

Spelregelvraag van de week (30 november 2018):

Terwijl het spel op het middenveld is, ziet de scheidsrechter dat de doelverdediger en een speler van plaats hebben geruild. Ze hebben wel elkaars shirt omgewisseld, zodanig dat de nieuwe doelverdediger als zodanig herkenbaar is en de oude doelverdediger ook aan alle voorschriften voldoet. Moet de scheidsrechter nu iets doen?

A. Nee, het spel gewoon door laten gaan.

B. Ja, affluiten en een indirecte vrije trap toekennen aan de andere partij op de plaats waar de bal was toen de scheidsrechter affloot.

C. Ja, beide spelers een waarschuwing geven door het tonen van de gele kaart, zodra het spel voor de eerstvolgende keer stil ligt.

D. Ja, beide spelers een waarschuwing geven door het tonen van de gele kaart, maar hiervoor hoeft het spel niet stil te liggen.

Het antwoord had C moeten zijn: Omdat de doelman wel als zodanig herkenbaar is. hoeft het spel niet te worden onderbroken. De scheidsrechter wacht dus tot het is onderbroken en geeft dan beide spelers een waarschuwing door het tonen van een gele kaart.

Spelregelvraag van de week (7 december 2018):

Tijdens een wedstrijd tussen ploeg A en ploeg B krijgt een speler van ploeg B in de 80e minuut tweemaal een gele kaart. De eerste gele kaart wordt getoond voor het ten val brengen van een tegenstander, de tweede omdat de speler geen respect toont voor de arbitrage. De correcte spelhervatting is een: 

A. strafschop

B. indirecte vrije trap

C. directe vrije schop

D. scheidsrechtersbal

Het antwoord op de vorige vraag had C moeten zijn: hier worden dus twee overtredingen gemaakt voordat het spel wordt hervat. De eerste gele kaart is voor het ten val brengen van een tegenstander en geeft als spelhervatting een directe vrije schop. De tweede gele kaart wordt getoond omdat de speler geen respect toont voor de arbitrage en dat is onsportief gedrag, waarvoor als spelhervatting een indirecte vrije schop geldt. Bij twee overtredingen gelijktijdig wordt als spelhervatting de zwaarste straf gehanteerd en dat is hier dus de directe vrije schop.

Spelregelvraag van de week (14 december 2018):

Tijdens een wedstrijd tussen ploeg A en ploeg B wordt de bal in de 21e minuut door ploeg A in het doel geschoten van ploeg B. De aanvaller schiet de bal per ongeluk tegen het been van een medespeler, die op dat moment tussen de laatste en voorlaatste speler van ploeg B staat. Wat is de correcte spelhervatting?

A. Aftrap na geldig doelpunt

B.  Directe vrije schop ploeg A

C.  Scheidsrechtersbal

D. Indirecte vrije schop voor ploeg B

Het antwoord op de vorige vraag had A moeten zijn: De medespeler stond tussen de laatste en voorlaatste verdediger en dus niet dichterbij bij de doellijn van de tegenpartij dan 2 tegenstanders, maar gelijk met deze twee spelers. Hier is dus geen sprake van strafbaar buitenspel en de spelhervatting is derhalve aftrap na geldig doelpunt. 

Spelregelvraag van de week (21 december 2018):

Tijdens de wedstrijd van ploeg A tegen ploeg B wil in de 50e minuut een verdediger van ploeg A de bal wegschieten. Een speler van ploeg B tikt de bal net voor zijn voeten weg, waardoor de speler van ploeg A de aanvaller op de hakken trapt. Wat zijn de correcte disciplinaire straf en spelstraf?

A. Een gele kaart en een strafschop

B. Geen disciplinaire straf en een strafschop

C. Geen disciplinaire straf en een indirecte vrije schop

D. Een gele kaart en een indirecte vrije schop

Het antwoord had B moeten zijn: De overtreding wordt gemaakt binnen het strafschopgebied van de verdediger en dat betekent als spelhervatting een strafschop. Omdat hier geen sprake is van een onbesuisde actie of een actie met buitensporige inzet, behoeft hier geen disciplinaire straf te worden uitgedeeld.

Spelregelvraag van de week (28 december 2018):

Een speler krijgt in de lopende competitie in de 4e wedstrijd zijn 3e keer gele kaart wegens aanmerkingen op de leiding en kort daarop de 4e gele kaart wegens een onbesuisde overtreding. Scheidsrechter toont hem na  de 2e gele kaart  de rode kaart. Mag deze speler de eerstvolgende wedstrijd gewoon weer mee doen met zijn ploeg ? Welk antwoord is hier correct?

A. Nee , na 2 gele kaarten in een wedstrijd gevolgd door rood, mag hij de eerstvolgende wedstrijd van zijn ploeg niet meedoen.

B. Na zijn 4 gele kaarten wordt ie sowieso uitgesloten voor de eerstvolgende wedstrijd.

C. De  2 gele kaarten in deze wedstrijd tellen  mee met de staffel en na 5 gele kaarten moet je een wedstrijd aan de kant blijven.

D. Hij mag gewoon weer meedoen, hij heeft immers al bijna een hele wedstrijd gemist.

Het antwoord is A: zie Handboek KNVB, afdeling Tuchtzaken, punt 5. Twee waarschuwingen in één competitiewedstrijd, daarmee samenhangende wedstrijd, of bekerwedstrijd ten gevolge waarvan de speler uit het veld is gezonden, of had moeten worden gezonden, mits geregistreerd, hebben tot gevolg, dat de speler is uitgesloten van deelname aan competitiewedstrijden en daarmee samenhangende wedstrijden respectievelijk bekerwedstrijden totdat zijn elftal of team de eerstvolgende competitiewedstrijd of daarmee samenhangende wedstrijd respectievelijk bekerwedstrijd heeft gespeeld. Twee waarschuwingen in één wedstrijd worden niet ook nog op de staffel geregistreerd.